- Home
- Reisblogs
- Costa Rica
- Familie Knol in Panama City en Costa Rica
Familie Knol in Panama City en Costa Rica
Reis verslag Panama city – Costa Rica;
Na 2 1/2 vliegen vanuit Curaçao ben ik (papa) samen met mijn team (Edselline mijn “camera” vrouw; voor haar vlogs & Philon ons zoontje van 15mnd.) aangekomen in Panama city. Vanuit hier zullen we eerst enkele dagen in Panama doorbrengen voordat we naar Costa Rica vertrekken.
Vlak voor de landing in Panama krijgen we al een glimp mee van het Panama kanaal en de bekende Puente de las Américas (bridge of the Américas), ons hotel staat aan het Panama kanaal op een steenworp afstand van deze brug.
De wijk Balboa waar ons hotel staat is niet te vergelijken met de eerste aanblik die Panama City je toewerpt, al vanuit de verte is een indrukwekkende en moderne skyline te zien. Ons hotel staat echter in een omgeving vol historie rondom het Panama kanaal en de Amerikaanse invloed die hier betrekking op heeft gehad. Vanaf het moment van realisatie tot aan de overdracht aan Panama in 1999 was het gebied rond het kanaal een bijna volledig Amerikaanse zone wat terug te zien is aan de bouwstijlen van diverse gebouwen, alsmede de grote hoeveelheid aan barakken voor de Amerikaanse militairen die in Panama gelegerd waren.
Voor mensen uit de regio (de Caribbean, zuid/midden-Amerika) staat Panama bekend om de grote shopping malls en de lage prijzen. Zo hebben wij onze 1e dag na aankomst ook deels besteed in 1 van deze naar Amerikaanse stijl ingerichte malls (Albrook mall). Deze mall is de grootste in de regio met +/- 700 winkels. Hoewel goedkoop shoppen echt wel mogelijk is, doen de meeste winkels niet onder voor de prijzen in Nederland, al blijven de winkels met uitverkoop interessant.
Na de drukte en hectiek van de stad te hebben mee mogen maken hebben we besloten om de 2e dag de jungle in te gaan op bezoek bij de Embera een indianenstam in Panama en Colombia. Mede door hun sociale houding en doordat de Embera ver van de kust leefden, zijn zij nog 1 van de 7 overgebleven indianen stammen in Panama sinds de Spanjaarden Panama hebben ontdekt. De gehele Embera stam bestaat nog uit 25000 indianen en leven in door de regering toegewezen reservaten.
We hebben afgesproken met onze gids Garceth om 07:00hr en hij zal ons gedurende deze dag van alle informatie voorzien. Garceth is van oorsprong een Embera indiaan die het geluk heeft gehad te kunnen studeren in Amerika, en later is teruggekeerd om alles over zijn land te vertellen aan degene die het horen wil.
Op de heenreis weet hij ons dan ook van alles te vertellen over de geschiedenis van zijn land, de gebieden waar we doorheen rijden en het Panama kanaal.
Na ongeveer 2uur rijden komen we aan bij een riviertje waar ons volgende vervoersmiddel klaar ligt, een houten kano. Na een indrukwekkende tocht over de rivier dwars door de jungle en na nog een verfrissende duik te hebben genomen bij een waterval worden we warm welkom geheten bij de Embera community waar we te gast zijn voor een aantal uren. Na eerst uitleg te hebben gekregen over de Embera en hun geschiedenis van de stamoudste, krijgen we een lunch aangeboden van vers fruit en op traditionele wijze bereide vis en bakbanaan. Het menu van Embera bestaat hoofdzakelijk uit vis en groente en fruit dat ze in de jungle vinden, dit omdat jagen officieel niet is toegestaan.
Na de lunch krijgen we ruim de gelegenheid om door het dorp heen te lopen, zodat we kunnen zien hoe de Embera wonen. Philon heeft ondertussen nieuwe vriendjes en vriendinnetjes gemaakt onder de Embera kinderen. Hij geniet dan ook volop van de ruimte die hij hier heeft om rond te lopen, achter de andere kinderen aan Na traditionele muziek en dans te hebben gehoord en gezien is het tijd om afscheid te nemen van deze gastvrije mensen. We verlaten het dorp weer per kano onder de toeziende ogen van de vrouwen en kinderen, om ons gereed te maken voor onze volgende bestemming, Costa Rica.
Nog onder de indruk van de dag ervoor vertrekken we op zondag met het vliegtuig naar Costa Rica. We maken 1 overnachting in de hoofdstad van Costa Rica, San José alvorens we naar het daadwerkelijke begin van onze rondreis alhier vertrekken. San José doet in eerste instantie gezelliger en intiemer aan dan Panama City door de aanwezige Spaanse invloeden. Echter de volgende dag als we worden opgehaald met een busje blijkt San José ook een erg drukke stad, de wegen staan er helemaal vol.
We zijn onderweg naar Tortuguero, een gebied aan de Caribische zee. We verlaten San José met uitzicht op de Irazú en Turrialba vulkaan waarvan de laatste de afgelopen 3jaar zeer actief is geweest.
Slingerend door het hoge gebergte van de provincie Heraldia zakken we af naar het vlakke landschap van Tortuguero, de weg hier naar toe wordt veelal geflankeerd met bananen plantages.
De lodge waar we verblijven (Mawamba) is niet over de weg te bereiken, alleen per boot.
Bij onze overstapplaats worden we meteen geconfronteerd met onze grootste angst wat Tortuguero voor gebied is, dit gebied is op massa toerisme gericht.
Onze boot slingert ongeveer een uur door het regenwoud achter alle andere boten aan richting de diverse lodges, onderweg komen we diverse watervogels en enkele brulapen en spider monkeys tegen.
Aangekomen bij onze lodge, worden we door alles heen gepraat, vaste etenstijden (aan 1 tafel met de groep waar mee je bent gearriveerd), zo en zo laat zijn de excursies (worden ook gedaan met de groep waarmee je bent gearriveerd) en verder is er het zwembad. De kamers zijn simpele houten barakken geschikt voor 2 tot 3 personen.
De volgende ochtend vertrekken we rond 05:30hr op onze eerste excursie, een boottocht over de rivier in een klein open motorbootje om de diversiteit aan wild-life te bewonderen. De hele nacht heeft het verschrikkelijk hard geregend en dat doet het nu ook nog steeds. Zo hard dat onze regenjassen het water ook niet meer tegen hebben kunnen houden. We komen ongeveer 2uur later helemaal doorweekt terug met alleen een paar vogels te hebben gezien vanwege het slechte weer.
Ook tijdens deze boottocht werd voor ons duidelijk dat dit niet het gebied is waarvoor wij naar Costa Rica zijn gekomen, tijdens het varen kregen we het gevoel dat we in het ‘Fata Morgana’ van de Efteling waren aangekomen, dit door de vele bootjes van de verschillende lodges achter elkaar aan.
Wij hebben dan ook maar besloten mede door het slechte weer, om ons maar op de rest van onze rondreis in Costa Rica te richten en hebben bij Mawamba wat meer van de rust genoten.
Ons 2e deel van de rondreis door Costa Rica verplaatst zich richting Puerto Viejo de Limón. Na onze huurauto te hebben opgehaald rijden we zuidwaarts richting de grens van Panama, waarbij we nog steeds dwars door het regenwoud rijden. We passeren Limón een belangrijke havenstad voor Costa Rica vanwaar uit vele schepen vertrekken met bananen en ananas om winkels over de wereld te kunnen bevoorraden. Na een bezoek aan het centrum van Limón valt op dat hier nog niet veel toerisme is te vinden.
Puerto Viejo is Een totaal andere omgeving zuidelijker aan de Caribische kust, het is een echte backpackbestemming. Al bij het naar binnenrijden vallen de vele rugzakken op, evenals de vele barretjes en restaurantjes.
Veel Europeanen zijn hier in het verleden blijven hangen vanwege het “Pura vida” gevoel. Er hangt hier dan ook een hippie achtige sfeer en niemand lijkt zich echt ergens druk om te maken. De zee hier bij Puerto Viejo staat bekend om zijn surf mogelijkheden en surfscholen zijn dan ook volop te vinden. Ons hotel (Cariblue) staat in Cocles grenzend aan Porto Viejo, er is genoeg wild-life te zien en te horen in de tuinen van het hotel. In de vroege ochtend brulapen, felgekleurde kikkers, luiaards en quito’s (een groot knaagdier).
Na een dagje rustig aan te hebben gedaan hebben we op onze 2e dag afgesproken bij playa Chiquita om te gaan paardrijden met z’n 3’n. Het is voor Philon zijn eerste keer dat hij in aanraking is gekomen met deze dieren, maar hij heeft de tijd van z’n leven gehad. We zijn via het regenwoud richting playa Punta de Uva gereden, waar je prachtige tropische goudkleurige stranden aantreft om in alle rust te ontspannen.
Na 3 nachten te hebben doorgebracht in Cocles is het tijd voor ons om weer noordwaarts te rijden. Voor dat we dat doen gaan we deze ochtend nog langs bij het Jaguar rescue center, een opvang voor weesjes of gewonde dieren. Je treft hier o.a. vogels, luiaards maar ook diverse reptielen aan zoals kaaimannen. Het streven is van het rescue center is om alle dieren weer terug te krijgen in hun natuurlijke omgeving.
Na een kort bezoek te hebben gebracht aan het Jaguar rescue center en nog even relaxed te hebben aan het strand bij Punta de Uva, stappen we de auto weer in. En volgen we de navigatie een paar honderd kilometer noordelijker het binnenland in.
Al na enkele kilometers worden we weer geconfronteerd waarom het reizen over afstanden langer duurt dan gebruikelijk. Bijna alle wegen zijn enkelbaans wegen, en vaak zit hier een versmalling in. Als dan ook nog eens op zo’n versmalling een vrachtwagen half van de brug afgeleid staat er zo een kilometers lange file aan beide kanten. En dit heeft ons al een vertraging van 3uur opgeleverd.
Uiteindelijk komen we dan met schemering aan in Puerto Viejo de Sarapiqui.
Bij het uitstappen van de auto is het eerste wat opvalt de grote verscheidenheid aan dieren geluiden. Naast de gebruikelijke geluiden van het regenwoud, horen we hier veel apen en toekans in de bomen. Meteen krijgen we hier het gevoel waarvoor we o.a. naar Costa Rica zijn gekomen, wild-life.
Puerto Viejo de Sarapiqui is nog niet overspoeld door toerisme, en hier draait het echt om de natuur. En dat zien we ook terug bij onze Lodge (Selva Verde), de zeer ruime kamers staan echt tussen het groen en de lodge voorziet in een éducation centre voor flora & fauna (ook voor de lokale bevolking).
De volgende ochtend na het ontbijt staat onze gids Alexander op ons te wachten. Hij neemt ons mee over 1 van de trails die door het forest reserve van het hotel lopen. Alexander is hier opgegroeid en heeft dan ook veel kennis van alles wat hier leeft en groeit.
Omdat onze eigen kleine lawaai papegaai (Philon) ook mee is komen we helaas geen wild-life tegen. Op wat uitwerpselen van een jaguar na, veel mooi gekleurde kikkers en een toekan bij terugkomst bij de lodge.
Na onze hike bij Selva Verde moeten we helaas alweer de auto in, we hebben spijt al vanaf moment dat we hier arriveerden dat we maar 1 nacht konden blijven.
We halen nog even snel een paar broodjes voor onderweg, en rijden vervolgens verder het binnenland in richting de Arenal vulkaan. Een kort ritje naar het begin van de hooglanden van Costa Rica naar het dorpje La Fortuna. Onderweg rijden we tussen de vele ananas plantages door als langzaam maar zeker de Arenal vulkaan opdoemt. Helaas is hij maar voor de helft zichtbaar door de dikke wolkenlaag die om de krater van de vulkaan heen hangt.
La Fortuna is een druk bezocht toeristen plaatsje, het staat voornamelijk gevuld met hotels, restaurants en souvenirwinkels. Net voorbij deze drukte staat onze lodge wat hoger de berg op, Lomas del Vulcan, nette huisjes met daaromheen een keurig aangelegde tuin. Wat ons meteen opvalt hier is de rust…. Niet alleen omdat we net buiten het toerisme van La Fortuna zitten, maar vooral het GEMIS van de geluiden uit het regenwoud. Aan dit laatste waren we zo gewend geraakt, dat we besloten om de volgende dag na aankomst terug te rijden naar Sarapiqui om daar nog van de natuur te genieten.
Helaas zijn we daar alleen nooit aangekomen door allerlei weg op brekingen, en zijn we maar weer teruggekeerd naar Lomas del Vulcan om vanuit het zwembad van het uitzicht op de vulkaan te genieten.
Omdat er toch wel wat enige teleurstelling binnen ons team was over ons verblijf bij Lomas del Vulcan, hebben we besloten om een uitstapje buiten de geplande route richting onze volgende bestemming te maken.
Na een aantal kilometers om het Arenal meer te hebben geslingerd gaan we off road, en stuiteren we over onverharde wegen met de auto naar Rio Celeste. Een mooie route om te rijden vanwege de vele uitzichten en omdat we zo ook kunnen zien hoe de mensen leven in de dorpjes die lastiger te bereiken zijn.
Na ongeveer 3uur rijden zijn we er dan eindelijk bij het begin van de trail die naar de waterval van Rio Celeste loopt en naar Poza Azul (blauw meer). Het water in Rio Celeste is zo blauw als de lucht en dan ook prachtig om te zien bij de waterval als bij Poza Azul. Dankzij de mineralen samenstelling afkomstig van Vulcan Tenorio in de bodem heeft deze rivier zijn prachtig blauwe kleur gekregen.
Omdat we nog wel een aantal uren moeten rijden over veelal onverharde wegen naar onze volgende bestemming, hebben we helaas alleen tijd gehad om bij de waterval te kijken.
Deze onverharde wegen brengen ons naar “Cloud Forest Lodge” deze ruime, back to the basic huisjes liggen verscholen tussen de bomen van Monteverde. Monteverde ligt in het hooggebergte van Costa Rica, en de bossen liggen hier ook veelal tussen de wolken wat de temperatuur ook een stuk omlaag brengt. De bossen in deze omgeving doen dan ook minder tropisch aan, echter ze zijn zeker net zo indrukwekkend. Rond de lodge lopen een aantal korte trails die goed te belopen zijn (zonder gids), en die een mooie indruk geven van de natuur hier. Kolibries vliegen hier volop rond, en ook de Witpunt Neusbeer is hier geen uitzondering.
Een bezoek aan de “Hanging Bridges” geeft mooie uitzichten de diepte in, en in combinatie met wolken tussen de bomen een mysterieuze sfeer.
Het nabij gelegen plaatsje Santa Elena is het centrum van waaruit veel activiteiten worden georganiseerd en er zijn hier dan ook voornamelijk souvenirwinkels te vinden alsmede restaurantjes. De Tree House een restaurantje wat grotendeels om een grote boom heen is gebouwd, waarvan de bladeren fungeren als dak, is een leuke plek voor een drankje. Een gezellig, intiem restaurantje voor een lekker diner in de avond, is Morpho’s. Genoemd naar een grote prachtige blauwgekleurde vlinder, die overal in Costa Rica te bewonderen is.
Na 2 nachten bij Monteverde, vertrekken we meteen na het ontbijt richting onze laatste bestemming alvorens we via San José weer terug vliegen naar Curaçao. Via onverharde en verharde wegen slingeren we in ongeveer 5uur langzaam naar beneden richting de noordelijke Pacifische kust. Als we eenmaal de slingerende wegen in de bergen achter ons hebben gelaten valt onmiddellijk op dat deze zijde van Costa Rica een stuk gecultiveerder is dan de Caribische kant. Overal is een vorm van bedrijvigheid te terug te zien. De kusten aan deze kant van Costa Rica zijn ruiger door de vele rots formaties in zee en langs de kust.
Potrero wat onze laatste bestemming is ligt ongeveer een 30km boven Tamarindo, een populair stadje onder surfers. Tamarindo is erg druk en staat vol met (grote) hotels. De sfeer die er heerst valt dan ook niet te vergelijken met de ‘laid back’ sfeer van het surfers dorpje Puerto Viejo de Limón aan de Caribische kant.
Potrero is daarentegen de rust zelve, alles ligt aan een lang gerekt grijs kleurige zandstrand, zo ook ons laatste hotel ‘Bahia del Sol’.
Even verderop ligt Playa Flamingo, dit strand word beschouwd als één van de mooiste stranden van Costa Rica. Vanwege het witte poeder zand en door de mooie zonsondergangen, geeft dit strand geeft het tropische gevoel om een deel van de dag door te brengen.
Voor wie toch graag nog wat wil doen in de omgeving is een uitstapje naar het Palo Verde Nacional park een goede optie. Ook wij waren te onrustig om de laatste 4dgn bij het strand en het zwembad te hangen. Vanuit Potrero zijn we dan ook naar Palo Verde gereden voor een boottocht over de Río Timpisque. Deze boottocht wordt o.a. georganiseerd vanaf Haciënda El Viejo, waar we zeer gastvrij zijn ontvangen met een drankje en vers fruit. De haciënda stamt nog uit 1870, en ademt de authentieke sfeer nog uit. Dit gebied werd in het verleden alleen maar gebruikt voor de veeteelt, pas in 2009 is de overheid weer de waarde van dit gebied in gaan zien en is er een Park Nacional van gemaakt.
Het Nacional park Palo Verde bestaat uit tropical dry forest, er is dan ook een zeer groot contrast gedurende het regenseizoen en het droge seizoen (Dec-Mrt). In het droge seizoen is er geen enkel groen blaadje te vinden, en dat geeft het gebied ook een bruine aanblik. Daarentegen schijnen gedurende het droge seizoen er volop vogels aanwezig te zijn, en bij de eerste regen druppels een overvloed aan bloemen. Tijdens onze boottocht over de Río Timpisque worden we langs de groene oevers meteen geconfronteerd met het grootste reptiel dat leeft in Costa Rica, een Amerikaans krokodil.
Verder komen we hier naast deze reptielen verscheidene watervogels en een groep brul apen slapend in de bomen tegen.
Na een dagje weer van de natuur en wild-life te hebben genoten, plonzen we met z’n 3’n nog even in het zwembad. Voor het avond eten schuiven we aan bij een lokaal restaurantje ‘las Brisas’, de local dishes (catch of the day) zijn een aanrader hier!
Moe maar voldaan van een mooie en indrukwekkende rondreis door dit deel van midden Amerika, kruipen we ons bed in.
De volgende dag staat in het teken van het eerste deel van de terugreis. Eerst met de auto terug naar San José, waar we nog een paar uurtjes rust hebben in het hotel waar we onze reis in Costa Rica ook zijn begonnen.
Waar we vervolgens al vroeg in de nacht worden we al opgehaald voor het 2e deel van de reis terug, onze vlucht terug naar Curaçao via Panama City.